De veranderende seizoenen houden verband met de variatie van de as van de aarde. De aardas is de as waarom de aarde dagelijks draait.
De aardas maakt een hoek van 23.5° met het baanvlak, hierdoor varieert in de loop van het jaar de lengte van de dag en de nacht en ontstaan de seizoenen. In de zomer wijst de aardas van het halfrond van de waarnemer naar de zon en zijn de dagen langer dan de nachten.